Gevangen

Pieter wordt meegenomen door de politie en in een bus gesmeten. Nou, dat mag ook wel wat rustiger… zegt hij nog. Wat is er allemaal aan de hand vraagt iedereen zich af. De politiebus rijdt met volle snelheid weg… In de bus vraagt Pieter wat er aan de hand is en dan wordt er gezegd ‘dat weet je wel…’ Pieter ontkent. Aangekomen bij het politiebureau wordt hij ondervraagd. Het zou gaan om een overval bij een juwelier waar Pieter zou zijn herkend. Toen Pieter een paar namen hoorde wist hij al genoeg… Enkele van zijn pesters hebben zijn naam genoemd en aangegeven dat hij de ontbrekende persoon zou zijn. Pieter probeert de situatie uit te leggen, maar niemand gelooft hem. Enkele uren later wordt hij in de cel gezet. Daar verblijft hij de rest van de nacht en op zijn horloge ziet hij het al snel tien uur ’s morgens worden. Er staat een bord met eten voor hem klaar…

Hij pakt het eten op en kijkt ernaar. ‘Dit geef je nog niet eens aan de varkens!’ moppert hij. Het ziet er écht vies uit en hij zet het maar ergens neer. Trek heeft hij toch niet… Pieter snapt niet hoe dit heeft kunnen gebeuren. Hij is opgepakt voor een overval en de pesters zijn de daders. Het zoveelste incident in zijn leven waar hij gewoon door kapot wordt gemaakt! Pieter wacht maar gewoon af en al snel geeft de klok twaalf uur aan. Na een mooie dag dat hij éventjes weer een beetje positief was wordt hij zo snel weer in een donker gat gesmeten. Pieter is onschuldig, dat weet iedereen! Als het vier uur is roept Pieter maar weer eens. Hij schreeuwt en roept… Dan hoort hij voetstappen en gaat de celdeur open. ‘Wat moet je?!’ Pieter vraagt nogmaals wat er aan de hand is en hij zegt dat hij onschuldig is.

‘Dat zegt iedereen!’ wordt er door de bewaker gezegd en hij zegt dat hij straks vier jaar de tijd heeft om erover na te denken. Ze denken écht dat hij betrokken is bij zware overvallen. Pieter ’s ouders haastten zich meerdere keren naar het politiebureau en probeerden meerdere keren om hem eruit te krijgen. Nog steeds gelooft niemand hun en Pieter zit ondertussen al vierentwintig uur in zijn cel. Maar dan, ’s avonds om elf uur komt er iemand naar zijn cel en hij doet de celdeur open. ‘Meekomen!’ wordt er geschreeuwd en Pieter loopt met de agent mee. Samen gaan ze naar een verhoorkamer en opnieuw wordt hij verhoord. ‘Ik ben onschuldig!’ schreeuwt Pieter maar dan wordt hem met woorden de mond gesnoerd. Pieter barst in tranen uit… Hoe bestaat het! Dan, drie uur later wordt hij weer teruggebracht naar zijn cel en verblijft hij voor de tweede nacht op het politiebureau.

De volgende dag breekt aan en Pieter hoopt dat uit het onderzoek blijkt, eindelijk blijkt dat hij onschuldig is. ’s Morgens om elf uur gaat de celdeur open en Pieter wordt meegenomen. Dit keer niet naar een verhoorkamer, maar naar de vrijheid! Pieter is onschuldig, maar de pesters hebben een vies spelletje met hem gespeeld. Iedereen van dat groepje heeft gezegd dat Pieter medeplichtig is en het bewijs was de gestolen portemonnee van Pieter twee jaar geleden. De idioten… Ze hebben het net zolang bewaard en expres in de winkel van de juwelier neergegooid toen ze het leegroofden. Een extra harde klap voor Pieter, maar nu weet hij wel met wat voor mensen hij te maken had in de klas. Gelukkig is dit met een redelijke sisser afgelopen en mag hij naar huis. Kan hij dan eindelijk zijn leven weer beginnen op te pakken?! Er is thuis weer vreugde en Pieter krijgt van iedereen een knuffel.

Hij leest enkele dagen later dat de pesters zijn opgepakt en dat ze hebben bekend. Enkel, dit gaat om drie man van de vijftig pesters die hij heeft gehad in zijn leven. Ze zijn volwassen en krijgen de volledige straf van vier tot zelfs zeven jaar! Erg heftig allemaal… Maar dan komen de eigenaar en eigenares van de kaasboerderij op bezoek en ze hebben voor Pieter een overheerlijk fruit- en kaaspakket bij zich. Pieter bloeit weer helemaal op en hij neemt alles zeer hartelijk in ontvangst. Hij vertelt wat er allemaal is gebeurd en naast dit wordt er over allerlei dingen gepraat. Gelukkig is Pieter nog van harte welkom op de kaasboerderij, want daar was hij wel bang voor toen hij in de cel op het politiebureau zat. De volgende dag mag hij beginnen en er wordt gevraagd of hij een lading goede zin wil meenemen. Niet alleen voor zichzelf, maar voor iedereen! Zo gezegd, zo gedaan… De eerste werkdag van Pieter’ s dagbesteding breekt aan.

Hij fietst in de heerlijke zomerlucht naar de kaasboerderij en onderweg treft hij vele mooie bloemen, planten en zelfs een hert op het fietspad. Met zijn telefoon probeert hij er een foto van te maken en dat lukt ook nog! Zo mooi en ook zó dichtbij… Hij vervolgt zijn fietstochtje en komt aan bij de boerderij. Pieter loopt naar de ingang en hij wordt vriendelijk verwelkomd door de kassamedewerkster. Ze stelt zich aan hem voor en Ingrid wordt erbij gehaald. Ze laat hem alles zien van de kaasboerderij en samen ruimen ze eerst wat dingen op. Tijdens de ochtendpauze om half elf gaat iedereen tegelijkertijd pauzeren en wordt Pieter aan iedereen voorgesteld. Dat is voor Pieter wel even spannend, want op deze positieve manier in de belangstelling? Dat vindt hij eng en de angsten komen dichterbij dat hij zal worden begekt, uitgescholden of wat dan ook… Dit keer niet! Hij zit naast Ingrid en eigenaar Hans. Er wordt gevraagd of Pieter wat over zichzelf wil vertellen en dat doet hij, af en toe stotterend.

Na zijn speech stelt iedereen zich aan hem voor. Stuk voor stuk zijn het superleuke mensen en er is gelijk een klik! Pieter kletst tijdens het werken met iedereen en snel leren ze elkaar goed kennen. Pieter vertelt over zijn pestverleden en hoe hij nu in het leven staat. Ook dat hij vroeger gitaar heeft gespeeld en heeft gezongen met zijn moeder. Maar dat is lang geleden… Iedereen is er erg enthousiast over en het lijkt alsof iedereen vandaag bij Pieter wil zijn. Hijzelf weet niet wat hem overkomt en nu de grootste spanning eraf is zou hij het liefst zo lang mogelijk daar willen blijven. Het is er gezellig, er hangt een warme sfeer en als dat nog niet alles is, loopt er een superleuke vrouw van zijn leeftijd rond… Paula kwam naar hem toe en meteen begon Pieter ’s hart sneller te kloppen. Zijn gezicht werd rood terwijl hij de prachtige stem van haar aanhoorde. Noemen ze dat verliefd op het eerste gezicht of vindt hij haar alleen leuk? Al met al wil hij het liefst bij haar zijn, maar dat kan niet altijd…

’s Avonds gaat Pieter naar huis en hij fietst met iemand mee. Ook dat kent hij niet. Vroeger fietste er niemand mee en als er iemand meefietste trokken ze hem van de fiets en staken ze zijn banden lek. Deze collega woont bij hem in de buurt en zodra ze thuis zijn vertellen ze beiden over de dag. Pieter wilde hem uitnodigen voor een kop koffie of thee, maar dat durfde hij niet. Het is voor hem al een hele zet om met iemand mee te fietsen… Met enthousiasme gaat Pieter slapen, maar ook nadenkend over wat hem is overkomen. Er komen tranen tevoorschijn en stilletjes huilt hij alles eruit! Met een wat nat hoofdkussen valt hij in slaap en morgen staat hij weer paraat bij de kaasboerderij. Eerst opnieuw een beetje zenuwachtig, maar al snel wordt hij over de drempel heen geholpen. Hé, maar waar is Paula? Vraagt Pieter aan een collega. Terwijl deze staat te roeren in een grote kaasbak vertelt hij dat Paula om twaalf uur komt. Een moment voor Pieter om daar zich nóg meer op te verheugen.

Hij kletst met iedereen en er worden grapjes gemaakt. De gezelligheid overheerst gelukkig weer en Pieter stapelt de kazen op in het schap. Later helpt hij mee in het winkeltje en jawel, daar komt Paula binnen gelopen. Pieter kijkt smoorverliefd naar haar en zij begroet hem met haar mooie glimlach. ‘Nee, ik denk dat ik verliefd op haar ben, niet leuk… Maar verliefd!’ denkt hij bij zichzelf. Ze hangt haar jas op en met haar mooie spijkerbroek en Friends T-shirt loopt ze naar de kassa. Vandaag heeft ze kassadienst. Daar staat ze, met haar mooie blonde haren! Pieter kan momenteel zijn ogen even niet van haar afhouden, maar de plicht roept! Er is een klusje met in- en uitladen. Even later sjouwen ze kazen in het vrachtautootje en collega Tim zegt tegen Pieter ‘Paula is leuk he?!’ Hij begint te lachen en vraagt aan Pieter waarom hij haar niet uit vraagt. Dát is voor Pieter nog een stap te ver! Eerst wil hij met zijn onzekerheid en verlegenheid proberen om haar beter te leren kennen…